(Artikel: Jelle Zondag) Tijdens schooldagen zitten kinderen te veel stil. Tegenwoordig is dit onderwerp nog net zo actueel als honderd jaar geleden. Door schooldagen dynamischer in te richten, voelen leerlingen zich beter, gaan de leerprestaties omhoog en gaat de gezondheid van leerlingen vooruit. Hoe werd hier honderd jaar geleden tegen aangekeken? Hoe kreeg de ambitie om schooldagen dynamischer te maken toen vorm? En wie waren destijds verantwoordelijk voor het integreren van beweging in de dagelijkse praktijk op en om de school?

Opvallende gelijkenissen
Het Mulier Instituut zette enkele jaren geleden de voordelen van het regelmatig deelnemen aan sport- en beweegactiviteiten op een rij (Collard e.a, 2014) *. Sportieve beweging zorgt ervoor dat de hersenen beter functioneren, dat de aandacht en het concentratievermogen van leerlingen vooruitgaan en dat hun fitheid en motorische vaardigheden verbeteren. Ook kan sport een positief effect hebben op sociaal gedrag, zelfbeeld en zelfvertrouwen van kinderen. De effecten hiervan op de schoolprestaties van leerlingen zijn moeilijk meetbaar, maar wijzen voorzichtig in positieve richting.

Om sportieve beweging een meer integraal onderdeel van schooldagen te maken, worden in het rapport drie belangrijke momenten onderscheiden: de lessen bewegingsonderwijs, sport en bewegen in de pauze en in de klas, en sport en bewegen na schooltijd. Een blik op de geschiedenis leert dat de voordelen die in het rapport naar voren komen opvallende gelijkenissen vertonen met de argumenten die bewegingsonderwijzers rond 1900 gebruikten om hun vakgebied te promoten. En dat zij zich ook destijds binnen én buiten de lesuren inspanden om de dagen van jongeren dynamischer te maken.
Lees ook

• Alblasserdam heeft een beweegschool
• LO 2 2021: Topic Dynamische schooldag
• Topic-filmpjes dynamische schooldag
• Over bewegingsonderwijs en schoolprestaties over genoemd Mulier-onderzoek (in LO-Magazine 2 2015) *
• Canonlo.nl: historie van de LO